Aan de brede rivier de Lek ligt een kleine stad met een heldhaftig verleden: Schoonhoven. Het stadje is vooral bekend om zijn zilverindustrie en het werk van ambachtelijke goud- en zilversmeden. Het kleinschalige karakter van de stad, met een eeuwenoud stratenpatroon, havens en singels, monumenten en zilverwerkplaatsen vraagt om een ontdekkingstocht te voet.

Buiten de Veerpoort kun je in de schaduw van hoge bomen genieten van het gezicht op de levendige rivier. De veerpont haalt en brengt doorlopend passagiers over de Lek. Aan de overzijde ligt de Alblasserwaard met het vestingstadje Nieuwpoort en de molens van het Werelderfgoed Kinderdijk. Het veenweidegebied van de Krimpenerwaard en Lopikerwaard met zijn vele boerderijen, graslanden en sloten is Schoonhovens achterland.

Breng eerst een bezoek aan het Nederlands Zilvermuseum, waar ook het VVV agentschap gevestigd is. Maak een wandeling langs de Oude Singel en de Haven, loop binnen bij een van de vele zilver- en sieradenwinkels of zoek het groen op in het Springerpark langs de stadsgracht. Ooit waren hier ook vestingwallen. Schoonhoven ontstond in de dertiende eeuw aan de monding van het veenriviertje de Zevender en werd rond 1350 ommuurd. Van marktplaats en versterkte vestingstad van de Oude Hollandse Waterlinie ontwikkelde Schoonhoven zich vooral in de negentiende eeuw tot een nijvere zilverstad. Het was ook de eeuw waarin de omwalling met bastions grotendeels werd gesloopt. Maar het zilver bleef: Schoonhoven is nog altijd een stad met een zilveren randje!